Interview met Amber Peskens ervaringsdeskundige

Interview met ervaringsdeskundige Amber Peskens

“Je probeert een zaadje in iemands hart te planten en het is geweldig als dat zaadje gaat groeien”

De inzet van ervaringsdeskundigheid binnen de ggz is inmiddels alom bekend en nog altijd groeiende. Ook binnen het sociaal domein wordt de kracht van ervaringsdeskundigen steeds meer benut. Ervaringskennis wordt meer en meer gezien als onderdeel van goede zorg naast wetenschappelijke en professionele kennis. Het inzetten van eigen ervaringen om een ander te helpen, is een unieke bijdrage aan zorg. Waar andere zorgprofessionals juist worden opgeleid om vooral geen persoonlijke ervaringen te delen met een cliënt, is dat bij een ervaringsdeskundige juist wel het geval. Hoe kun je ervaringskennis inzetten om een ander te helpen? En wat doet dat met je eigen kwetsbaarheden? We vragen het Amber Peskens. Zij werkt als ervaringsdeskundige bij het Respijthuis in Alphen aan de Rijn.

Een unieke bijdrage aan zorg

Het Respijthuis is een veilige plek voor wie het even tegenzit. Mensen met psychische klachten kunnen hier letterlijk op adem komen. Sommigen blijven een dagje, anderen wat langer, maar twee weken is de maximale verblijfsduur. Hier hoeft even helemaal niks. Beetje muziek luisteren, potje schaken, wat iemand maar wil. En natuurlijk mogen ze hun verhaal doen aan Amber en haar collega’s, maar niets moet. Amber Peskens: “De gesprekken die ik hier met de gasten heb, zijn van oppervlakkig tot enorm de diepte in. Als ik een gesprek aan ga met een cliënt, ga ik daar echt open in. Er zit geen enkel plan achter. Ik ben immers geen behandelaar en ik heb geen tools die ik in kan zetten, maar ik geef wel tips uit mijn eigen ervaring. Ik probeer te motiveren en inspireren vanuit een heel persoonlijk stuk van mij.”

Amber heeft veel ervaring om uit te putten. Ze groeide op in een lastige thuissituatie waardoor ze vanaf haar 11e verslaafd was aan drugs. Haar tienerjaren bestonden voor een groot deel uit blowen, drinken en weglopen van huis. Als twintiger verruilde ze de internaten en jeugdgevangenis voor kraakpanden. “Ik heb veel onveilige situaties meegemaakt; ben verslaafd en thuisloos geweest, heb schulden gehad en een eetstoornis. Kortom, ik heb veel ervaringen om te delen en die zet ik in als het goed voelt. Dat doe ik op intuïtie. Ik probeer te inspireren. Ik zeg liever dat ik mensen inspireer dan dat ik ze help. Ik kan het namelijk niet voor iemand anders doen, uiteindelijk moet je het zelf doen.”

Kantelpunt

Ook dat laatste weet Amber als geen ander. Uiteindelijk wordt de ontmoeting met haar ex-vriend en zijn familie het kantelpunt in haar leven. Ze wil een ander bestaan en wil daar ook aan werken. “Van kinds af aan heb ik veel contact gehad met hulpverleners, maar nooit drongen ze echt tot me door. Totdat ik op mijn 25e in contact kwam met psycholoog Vivian; zij was de eerste hulpverlener die ik echt toe kon laten en daardoor kon ik aan mijzelf gaan werken. Ik had toen helemaal niks: ik had geen diploma’s, geen huis. Wel had ik een torenhoge schuld van € 40.000,-.” Maar Amber gaat aan de slag met zichzelf en wordt geïnspireerd door een vriendin die als ervaringsdeskundige werkt in de verslavingszorg en start de twee jarige opleiding Maatschappelijke Zorg voor Ervaringsdeskundige in Rotterdam. “Mijn diploma voor ervaringsdeskundige is het eerste diploma dat ik ooit heb gehaald in mijn leven! Als je mij op mijn 20e had verteld dat ik door mijn eigen ervaring in te zetten mensen kan inspireren, had ik je hard uitgelachen. Mooi hoe het leven kan lopen!”

Interview met Amber Peskens ervaringsdeskundige

Hoopverlener

Inmiddels is Amber een kleine vijf jaar werkzaam als ervaringsdeskundige en het werk bevalt haar meer dan goed. “Voor mij is het echt life changing. Het is zo mooi om iemand te zien opknappen. Je probeert een zaadje in iemands hart te planten en het is geweldig als dat zaadje gaat groeien. Zo was er een jongen die toen ik hem leerde kennen helemaal geen contact wou maken. Geen oogcontact, niks. En die komt nu bij me langs op de koffie. Zo mooi!”

Op de vraag of het ook weleens moeilijk is om vanuit je eigen ervaringen te putten om een ander te helpen, antwoord Amber: “In gesprek met anderen op mijn werk kan ik zeker geraakt worden. En dat mag ook. Dat onderscheidt ons van andere zorgprofessionals. Het is wel belangrijk om je te realiseren ‘hoe raakt het me en wat doet het met me?’. En vooral: ‘hoe geef ik dat weer terug aan de cliënten?’. Ik noem mezelf een hoopverlener. Ik wil graag laten zien dat het leven ook anders kan zijn. Dat er licht is aan het eind van de tunnel en dat je een heel leuk leven kunt hebben als je clean bent. Maar soms is het ook wel fucking lastig. Dan haalt het werk mijn verleden in. Als iemand voor mijn neus drugs gaat gebruiken, moet ik wel kunnen schakelen. Ik moet daarover in controle blijven.”

“Als je mij op mijn 20e had verteld dat ik door mijn eigen ervaring in te zetten mensen kan inspireren, had ik je hard uitgelachen. Mooi hoe het leven kan lopen!”

Van kwetsbaarheid naar kracht

Voor Amber is een manier om die controle te houden, open zijn over haar eigen gemoedstoestand. “Soms gaat het slecht met me. Ik wil dan alsnog mijn cliënten bedienen, maar dat kost op zo’n moment wel meer moeite en dan zeg ik dat ook tegen mijn collega’s en cliënten. Door daar open over te zijn, merk ik dat ik echt mezelf mag zijn op mijn werk en dat helpt me om stabiel te blijven. En ook dat kan inspirerend zijn voor een ander. Laatst had ik een verslaafde cliënt die telkens als hij zich slecht voelde, zijn afspraak met mij afzegde. Toen ik hem een keer tijdens onze afspraak zei dat ik me slecht voelde, was dat voor hem een eyeopener: ‘Dus als jij je slecht voelt, ga je toch?’ vroeg hij me. Toen kantelde mijn kwetsbaarheid naar kracht. Op die manier probeer ik hem dan te inspireren en duidelijk te maken dat eigenregie echt bij jezelf ligt. Het is aan jou hoe je omgaat met bepaalde gevoelens en situaties.”

Volgens Amber is het geven van hoop een grote kracht van ervaringsdeskundigheid. Dat mensen met eigen ogen kunnen zien dat hun leven beter kan worden en ook de herkenning in een ander: “Doordat ik hetzelfde heb meegemaakt, spreek ik hun taal. Dat is echt een andere taal dan die van de zorgprofessionals. Daarmee kun je als ervaringsdeskundige een brug vormen tussen de cliënt en de professional. En ik denk ook dat het inbrengen van menselijkheid een grote kracht is van ervaringsdeskundigheid. Helaas heb ik in mijn leven te maken gehad met een aantal vrij starre hulpverleners. Ongetwijfeld was ik toen een lastig kind, maar het menselijker maken van de zorg is voor mij wel een inspiratie geweest om dit vak te kiezen. Laatst zei een cliënt tegen me: ‘Dankzij jou heb ik vertrouwen in de hulpverlening.’ Dat vond ik heel mooi. ‘Missie geslaagd!’ dacht ik toen. Al ben ik nog lang niet klaar met dit vak. Ik word elke dag uitgedaagd om een betere hulpverlener te zijn.”

De rol van ervaringsdeskundigheid binnen de zorg wordt steeds serieuzer genomen en op dit moment wordt in opdracht van het Ministerie van Volkshuisvesting, Welzijn en Sport (VWS) door Zonmw een nieuw kwaliteitssysteem ontwikkeld door en voor ervaringsdeskundigen. Doel hiervan is om de komende jaren het vak ervaringsdeskundigheid verder te professionaliseren. Ook Amber merkt dat de mening over haar functie verandert: “Toen ik stage liep voor mijn opleiding bij een afdeling van begeleid wonen, werd mijn vak niet serieus genomen. Men zag het absoluut niet als een meerwaarde. Dat is nu anders; zeker op de werkvloer wordt de toegevoegde waarde meer en meer gezien, maar op beleidsniveau in mijn ogen nog te weinig. Het feit dat ervaringsdeskundigheid nog steeds niet wordt vergoed door de zorgverzekeringen, zegt helaas genoeg.”

Trots

Voor Amber is het duidelijk dat dit werk een blijvertje is voor haar. “Het is niet alleen mijn werk, maar het is ook wie ik ben. Ik geloof dat een mens een diamant is die uit verschillende facetten bestaat. Bij mij is één van die facetten ‘ervaringsdeskundige’. Ik ben er heel trots op dat ik dankzij mijn opleiding mijn eigen ervaringskennis kan inzetten. Dat doe ik hier in het Respijthuis, maar ik geef hierover ook cursussen en workshops aan bijvoorbeeld managers van bedrijven. Veel mensen krijgen in hun leven te maken met een psychische kwetsbaarheid bij zichzelf of bij iemand in hun nabije omgeving. Corona heeft laten zien dat iedereen een mate van kwetsbaarheid heeft en het is in mijn ogen heel belangrijk om dat te normaliseren. Inmiddels weet ik dat het normaliseren van kwetsbaarheid mooie reacties oplevert. Maar vergis je niet, het stigma is zo groot in deze maatschappij. Als je wit, slank en succesvol bent, dan doe je het goed. Ben je dat allemaal niet, dan doe je het dus niet goed.

Om dat stigma te doorbreken, is er nog een hoop werk te doen en ik vind het fijn dat ik daar een bijdrage aan kan leveren!”

Abonneer op onze nieuwsbrief
Total
0
Share