Fotografie | Nathan Mooij
“Contact houden is heel belangrijk. Wij zijn niet van ‘ge moet en ge zal thuiswerken’. Dat haalt de druk weg.”
Sjoerd van het Erve is directeur van Weener XL in ‘s-Hertogenbosch. Weener XL komt voort uit een samenvoeging van de afdeling Arbeidsmarkt en Sociale Zaken van de gemeente en SW-bedrijf Weener Groep. Een bedrijf met meer dan tweeduizend medewerkers, waaronder vele die een afstand tot de arbeidsmarkt hebben of hadden. Ze werken bijvoorbeeld in het lokale postbedrijf, voeren vouw- en strijkwerk van textiel uit voor verzorgingshuizen of werken in de groenvoorziening. Aan Van het Erve de vraag wat de gevolgen zijn van de corona-uitbraak voor zijn werknemers en hoe hij daarmee omgaat, vooral als het kwetsbare werknemers betreft.
Sjoerd van het Erve: “De coronacrisis is een ramp, een trein die langzaam tot stilstand komt voor het hele land. Wij zitten in Brabant, dus ergens hadden we een voorsprong op de rest van Nederland, de brandhaarden zaten hier in de buurt. We zijn er snel ingegroeid, de veiligheidsregio zei al eerder: ‘Beter niet meer samenscholen.’ Vanaf Dag 1 hebben we een corona-overleg met het management ingevoerd. Bij de eerste persconferentie op donderdag 12 maart dachten we: ‘De scholen gaan dicht, we moeten de vitale processen veilig stellen.’ Wij verstrekken uitkeringen, salarissen en subsidies, dat zal koste wat kost doorgaan. Maar in deze tijd minstens zo belangrijk: wij verwerken textiel voor verzorgingshuizen, dat moet altijd doordraaien. De scholen gingen die donderdag niet dicht, maar voor ons startte het denkproces. Hoe om te gaan met industrie, met veel mensen in één ruimte? Toen die zondag 15 maart na de volgende persconferentie de scholen sloten en het land tot stilstand kwam, hebben we stevige besluiten genomen: al het andere industrieel werk is stilgelegd en ‘de vouw en strijk’ over de beschikbare ruimten verdeeld, zodat de medewerkers door konden met anderhalve meter afstand.”
“De mensen van de ambtelijke tak werken nu voornamelijk thuis. De afdeling Groen kan met inachtneming van de afstand doorwerken, de kringloopwinkel hebben we na een tijdje toch gesloten, niet al het publiek hield zich aan de regels. Maar de backoffice draait en de post die wij in Den Bosch bezorgen ook. We hebben het bedrijf op de rit weten te houden, een beeld wat je in heel Brabant ziet, al hebben genoeg bedrijven in Nederland die zondag alles dicht gegooid.”
“We hebben heel veel zorg voor mensen die niet meer op het werk kunnen of mogen zijn. De risicogroepen zitten massaal thuis. Consulenten en werkleiders werken hard om contact te blijven houden met de medewerkers, ook ik doe mee aan de belrondes. We hebben de mensen in beeld. Sommigen wonen in woongroepen, die kunnen ook elkaar in de gaten houden, van anderen weten we dat ze een sociaal netwerk hebben. Maar onze consulenten bellen mensen waarvan we weten dat ze weinig contacten hebben elke week een paar keer. Contact houden met medewerkers thuis is heel belangrijk. We sturen ze nieuwsbrieven met de post, onze eigen post. In die nieuwsbrieven benadrukken we ook steeds: ‘als je wilt, als je ergens mee zit, kom praten!’ We doen alles om de mensen betrokken te houden.”
“Alle maatregelen worden ook weer ‘het nieuwe normaal’. Gedurende de weg ontdekken we ook wat het beste is. Met anderhalve meter afstand kunnen steeds meer activiteiten opgestart worden. Medewerkers ontdekken dat het leuker is bij ons op het werk te zijn dan thuis. Ompakken in een grote hal met 20 man om je heen geeft medewerkers de kans om weer structuur en dagritme te krijgen en de meesten vinden dat echt beter dan op de bank te hangen. Voor de ambtelijke medewerkers, vaak met kinderen thuis, geldt ‘thuis werken, tenzij’. Ik zie ze toch af en toe een dagje op kantoor verschijnen. Na week in week uit thuis werken wordt een dagje op de zaak erg gewaardeerd.”
“Corona onder medewerkers geeft bij ons geen onrust.
Iets hebben is bij ons normaal.”
“Ik zie bij medewerkers wel angst, maar het is niet eenduidig. Mensen reageren anders dan je gewend bent. In de eerste week overheerste bij velen de angst, maar anderen waren nonchalant en alles wat daartussen zit. Daar gaan we als bedrijf serieus mee om, dat houden we bij alle medewerkers in de gaten. Soms komt het ook opeens. Oudere medewerkers met enig gewicht en medisch verleden, die eerst door zijn gegaan, maar na een paar weken toch bang werden. Ze horen op tv steeds: coronaslachtoffers hebben vaak overgewicht en zijn ouder en opeens schiet het door hun hoofd: ‘ik vind het voor mezelf te spannend worden, ik wil niet meer!’ Uiteraard faciliteren we dat en zijn zij voorlopig thuis. Ik merkte ook bij mezelf dat bijvoorbeeld die anderhalve meter wennen is. Ik heb een collega die net iets te dichtbij kwam. Eerst heb ik er niets over gezegd, pas de tweede week zei ik ‘effe afstand alsjeblieft’ en hij begreep het meteen. Als je het zegt, doen mensen het gewoon.”
“Ik vind het jammer dat juist de afdelingen die mensen met bijvoorbeeld psychische aandoeningen begeleiden in een re-integratieproces platliggen. Reïntegratievoorziening ‘Aan de slag’, dat helpt bij de zoektocht naar werk en helpt met solliciteren als mensen net in de bijstand zitten, ligt stil. Het ‘Participatiehuis’, voor mensen lang in de bijstand, is platgelegd. Individuele dienstverlening is afgeschaald. Het is niet de tijd om iets te beginnen, interviews zijn niet mogelijk en trainingen in klassensetting kunnen ook even niet. Daarnaast zijn we als bedrijf wel weer heel druk met de uitvoering van de Tozo voor zzp’ers (De Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers, één van de maatregelen van het kabinet om ondernemers te ondersteunen tijdens de coronacrisis). Dat willen we zorgvuldig doen. Ik zie weer normalisatie, veel binnenwerk is stilgelegd, maar we hebben nooit helemaal platgelegen.”
“Van een aantal medewerkers is vastgesteld dat ze corona hebben gehad. Een handjevol is echt getest, maar ik denk dat er veel meer zijn die het ook gehad hebben. Je zou kunnen verwachten dat dat onrust geeft onder de collega’s, maar dat is niet het geval. Dat is de kracht van de ‘kwetsbare’ doelgroep: wij zijn een bedrijf waar veel mensen iets hebben, iets hebben is bij ons normaal. En onze mensen houden van hun werk, sommigen vinden langer vrij met de feestdagen al niet fijn. Ze komen graag op het werk. Juist mensen met psychische klachten vinden dagstructuur en regelmaat belangrijk.”
“Ik denk dat we nooit meer teruggaan naar hoe het was. Thuis werken gaat het ‘m voor een deel worden. maar over die nieuwe werkelijkheid ben ik niet ontevreden.”
“Mijn tip is wees niet te overspannen. Om me heen zie ik verschillende vormen van hoe bedrijven ermee omgaan: thuis werken en niet anders, geen flexibiliteit. Ons bedrijf is open, er zijn momenten dat je op kantoor kunt komen. Wij zijn niet van ‘ge moet en ge zal en ge zult’. Het haalt de druk weg, vooral bij de mensen met kantoorbanen, die kunnen naar hier komen als ze dat even willen, het is onnodig thuis spanning op te gaan zitten bouwen. Alleen al te weten dat die mogelijkheid er is haalt de druk weg. Er kan zoveel met mail en Skypen, maar het is ook prettig op kantoor te zijn.”
“Ik denk dat we nooit meer teruggaan naar hoe het was. Thuis werken gaat het ‘m voor een deel worden. Er kan best veel met Skype en Zoom en we raken er steeds meer bedreven in. Echt een eyeopener, je ziet de gezichten en de non-verbale communicatie. Natuurlijk, elkaar ontmoeten heeft een belangrijke functie en zal nooit verdwijnen, maar over de werkelijkheid van nu ben ik niet ontevreden. Het heeft me even gekost om de humor er ook in te brengen, maar het is efficiënt. Mensen luisteren beter, het is zakelijker, maar er moet absoluut ook gelachen kunnen worden.
Over Weener XL:
Er werken meer dan tweeduizend mensen bij of via Weener XL. Circa driehonderd ambtenaren, negenhonderd mensen met een SW-dienstverband, negentig met een werkervaringsplaats en honderdvijftig bij reïntegratievoorziening ‘Aan de slag’. Zo’n vijfhonderdvijftig mensen zijn aan het werk met behulp van loonkostensubsidie vanuit de Participatiewet. Via de regeling ‘Beschut werk’ hebben ze bijna honderd mensen kunnen plaatsen. Ook participeren ongeveer zeshonderd mensen als vrijwilliger, mantelzorger of via arbeidsmatige dagbesteding. Weener XL richt zich op mensen die niet in staat zijn zelfstandig en zonder subsidie en/of extra begeleiding werk te vinden. Ze willen Bosschenaren met een afstand tot de arbeidsmarkt begeleiden naar werk of laten participeren naar vermogen. Er wordt gestreefd naar bijstandsonafhankelijkheid en toeleiding tot (regulier) werk.
Inclusief Werkgeven & Corona
Voor vragen over inclusief werkgeven en het coronavirus kijk op deze site van werkgeversvereniging AWVN of bel voor vragen de
AWVN-werkgeverslijn
070 850 86 05